Nachtvlinderonderzoek

Vanaf dit jaar worden in het Zwin Natuur Park op regelmatige basis nachtvlinders gevangen. De vlinders worden aangetrokken met een lichtval en de volgende ochtend geteld en gedetermineerd. Daarna worden ze weer vrijgelaten. Op deze manier willen we een beeld krijgen van de diversiteit en de evolutie van de aantallen.

Nachtvlinders komen voor in allerlei maten en vormen. In tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt, kunnen ze ook heel kleurrijk zijn. De grootste soorten hebben een spanwijdte van 12 cm, de kleinste – ook wel microvlinders genoemd – zijn slechts enkele millimeter lang. Ook deze allerkleinsten komen voor in een grote variëteit aan kleuren en patronen, het zijn ware kunstwerkjes. De diversiteit is enorm: in België zijn tot op heden maar liefst 2.755 soorten nachtvlinders vastgesteld.

Het voorkomen van een bepaalde soort hangt af van de aanwezigheid van de waardplant: de plant waarop de vlinders hun eitjes afzetten en waarmee de rupsen zich voeden. Sommige soorten hebben een breed gamma aan waardplanten. Veel soorten zijn echter heel kieskeurig; zij gebruiken slechts één soort waardplant. Dankzij de grote diversiteit aan habitats en de bijhorende plantenrijkdom is het Zwin zeer rijk aan nachtvlinders: tot vorig jaar zijn er 852 soorten waargenomen. En er worden nog steeds nieuwe soorten ontdekt. In de afgelopen twee maanden werden al 12 nieuwe soorten geregistreerd, waaronder de Rozenspanner, Fraaie Walstrospanner (foto) en de Eikenvoorjaarsuil.

Ook in de wereld van de nachtvlinders is de klimaatopwarming duidelijk merkbaar. Op 4 april werd in het Zwin een prachtig exemplaar van het Klein Avondrood (foto) gevangen. Nog twee exemplaren zaten in de lichtval op 13 april. Deze zeldzame soort vliegt normaal pas in mei-juni. Tot dan toe was de vroegste waarneming in Vlaanderen op 20 april (bron: waarnemingen.be).